Ik luister graag naar Acda en de Munnik. Vooral hun oudere repertoire is een feest om naar te luisteren. Het zijn sterke teksten en soms vrolijke/droevige/opzwepende muziek op de achtergrond. Een paar jaar geleden heb ik (toen het nog mocht) hun hele discografie gedownload. Ik wist een beetje van de geschiedenis van het duo, dat hun nummers van theatervoorstellingen kwamen. Maar tot dat moment heb ik nooit zo veel kunnen geven om hun voorstellingen. Tot bleek dat ik er in elk geval drie had meegedownload.
Een van de (hilarische) sketches gaat over zwanger worden. En dat dat maar niet wilde lukken, zodanig dat er IVF gebruikt ging worden om de zwangerschap te bewerkstelligen. En passant wordt er een uitstapje gemaakt naar de bevalling:
“Een bevalling is als het wachten op je koffers op Schiphol:
Je staart naar het gat. En als het aankomt, pak je het op, kijk je of het van jou is en ga je naar huis!”
Ergens wens ik dat het zo gemakkelijk was. Maar de spanning van de afgelopen weken rond Hanneke en haar man (mijn broertje) Thygo was alles behalve die van een vliegreis. De familie had een gezamenlijke app waarin we op de hoogte werden gehouden van het wel en wee rond de op komst zijnde kleine. Foto’s van het al klaarstaande wiegje werden gedeeld. Uitslagen van onderzoeken, foto’s van kleertjes.
De laatste weken begon bij mij echter een nerveuze tic. Telkens wanneer ik het geluid van de app hoorde greep ik naar mijn telefoon. Half hopend dat het zo ver zou zijn. Over het algemeen waren het de pingen tussen de verschillende familieleden en Hanneke hoe het vandaag met haar ging. Het is niet dat ik niet wilde dat de kleine zou komen, maar als man moet ik toegeven dat een bevalling in mijn gedachten eruit ziet, en dezelfde sfeer heeft als een bloedbad of een slachtpartij met een hoop onschuldige slachtoffers.
Een soort Stalingrad in het klein. In de film van Bridget Jones’ Baby werd de bevalling voor het mannelijk publiek omschreven als: “Het afbranden van je favoriete kroeg.” Nou… ga er maar aanstaan.
Tot het moment dat het echt daar was. Na een paar valse meldingen kon Hanneke trots meedelen dat het echt begonnen was. En die avond stonden we bij elkaar te kijken naar het kleine wondertje in de armen van de trotse vader die, toch een beetje nerveus, aankondigde dat dit wonder de naam: Fedde zou dragen. Een prachtige jongen van twee prachtige mensen.
De volgende dag moest ik terugdenken aan de keren dat ik in paniek op de app had gekeken en er een keer een filmpje was van een echo. Een vrouw die het echoapparaat over de buik van Hanneke liet balanceren en op de monitor liet zien hoe het toen nog naamloze wondertje erbij lag.
“Klaar voor de grote reis.” Zei ze toen.
En dat is het eigenlijk. Welkom Fedde, op deze grote, wonderlijke soms enge en verontrustende wereld. Welkom op de grote reis. De reis van je leven.