Ik heb een hekel aan naar de kapper gaan. Mijn haar laten knippen staat al jaren op plek één van de persoonlijke verzorging die ik het vaakst en het langst uitstel. Gemiddeld ga ik 3 keer in het jaar naar de kapper. Dat vind ik nog 3 keer te veel. Maar wanneer het haar voor je ogen komt en je oren verstopt zitten heb je weinig meer keuze dan een knipvrouw (of man) op te zoeken.
Waarom ik een hekel heb aan de kapper? Reden één is een soort van “tandarts reden”. Het neemt tijd in beslag. Tijd die beter besteed kan worden. En behalve tijd investeer je ook nog eens geld. Naar een kapper gaan is onevenredig duur. Vooral omdat je de opbouw van haren daar achterlaat. Het is niet dat je iets meeneemt, je neemt juist minder mee!
Nu is het natuurlijk niet allemaal narigheid. De knappe vrouwen en meisjes bij de brainwash hebben even aandacht voor je. Aandacht die ze normaal nooit zouden geven. Eerst wassen ze je haren, wat een zalig gevoel is zolang de sop niet in je oren komt. En daarna zitten ze nog ruim twintig minuten aan je haren te pulken. Een beetje viezerik kan zijn lol op wanneer bij denkt en fantaseert over de dame die hem helpt.
Wanneer ze met hun vaak goed bedeelde voorgevel langs je heen buiten om iets te pakken… een singe man (of lesbo) is even de koning te rijk. Maar punt twee van mijn klachtenlijst is dat je stil moet zitten. Je mag niet even draaien, je voelt je te bezwaard om even aan je neus te krabben. Je wil haar absoluut niet in de weg zitten want als ze ook maar iets verkeerd knipt dan kan het zomaar zijn dat jij een bos haar minder hebt. Minder dan het bos wat je eigenlijk wilde overhouden dan. Want “bijknippen” is een leuke term, maar ik heb het nog nooit een kapster zien doen.
Het ergste is punt drie: praten. Behalve dat je straffeloos mag fantaseren over haar intieme zones en ze ook nog eens aan je kruin pulkt moet je er ook nog eens een conversatie mee aangaan. Zelfs als je daar geen zin in hebt. Mijn conversatie komt nooit verder dan een oud chatgesprek:
Vriend: “Hoi”
Ik: “Hoi”
Vriend: “Hoe is het?”
Ik: “Goed.”
Ik: “En met jou?”
Vriend: “Goed”
Zo verloopt een gesprek met de kapster ook ongeveer. Je houdt het luchtig, wil dingen niet te diep brengen. Maar in wezen denk je: “mens, hou je kop en knip door!” je weet, en hebt, nog duizend en één dingen te doen. En eigenlijk is dit pure tijdverspilling. Dadelijk stap je naar buiten, komt je korte kop in aanraking met de koele buitenlucht en krijg je het koud omdat je dat niet meer gewend was.
Nee, naar de kapper gaan is niets voor mij. Maar de meisjes mogen er wel zijn.