Wie kent die filmscène niet? Een jongetje ligt in bed, de dekens angstig opgetrokken en een man vraagt aan hem wat er mis is. De jongen kijkt hem angstig aan en zegt… “I see dead people.”
Nou, dan heeft hij vast de afgelopen week naar de tv gekeken!
Maar liefst 2 doden zijn er gevallen in sterrenland, en twee die iedereen wel kent. David Bowie natuurlijk. Vorige week bracht hij nog een nieuw album uit en luisterde ik op radio Veronica naar een biograaf die een boek over Bowie en zijn werk had geschreven. Helaas een weekendje later is dat boek al over de datum, maar niet minder verkoopbaar want doodgaan is de beste publiciteitsstunt die een artiest kan hebben voor zijn werk. David, nu hij dood is, breekt zelfs de records die Adèle niet zo heel lang nog had gevestigd.
De tweede dode is Alan Rickman. Acteur van de zwarte rollen en een herkenbare dikke, nasale stem. Severus Snape, de sherrif van Nottingham… maar ik herinner hem vooral als de manisch-depressieve robot uit “The Hitchhiker's Guide to the Galaxy” waar ik zijn stem na een paar regels al herkende. Eerlijk is eerlijk; hij was 69, maar als ik hem zag op foto’s zou ik het hem niet gegeven hebben.
Maar helaas is het de tijd. We komen uit een vruchtbare periode van internationaal bekende mensen (sterren) en die gaan onherroepelijk dood. Een hoop mensen zijn in de afgelopen jaren al gestorven, en er zullen er nog meer volgen. Bowie is niet de eerste superster die het loodje legt en ook niet het laatste. Maar we hebben een voordeel.
Alle mensen die nu leven hebben een enorm voorrecht wat mensen vroeger niet hadden. De doden sterven nooit werkelijk. Ze blijven bestaan in de vorm van films, muziek en foto’s. Zo blijven ze toch een beetje leven. En kan jij jezelf even voelen als dat jongetje onder de dekens. Hopelijk met een iets positievere vibe natuurlijk.
In elk geval, voor een superster is het simpel om onsterfelijk te worden; hij hoeft alleen maar dood te gaan!
RIP, professor Sneep, en Major Tom