Ik heb een moord gepleegd. Zo, dat is eruit. Ik moest wel, het was een daad van compassie, ik had geen keuze. Ik pakte een bezem en haalde uit, één keer, twee keer en toen was hij dood. De bezem had een beetje bloed dus die heb ik afgespoeld in een bak met water, net als het blik waarmee ik hem in de container heb geworpen.
Voor wie nu aan de lijn hangt met de politie: geen zorgen, het was geen mens. Het hele verhaal zit simpel in elkaar. Ik kwam vorige week zondagavond thuis en vond Paultje in de tuin. Hij was erg in zijn sas en was aan het knagen op een vogel. Het arme beestje lag te hyperventileren terwijl mijn (normaal) lieve kater een paar bloederige happen uit zijn rug nam.
Ik had natuurlijk wel een keuze, een paar zelfs. Ik kon Paultje ermee laten spelen, en eten. Maar dat was natuurlijk niets minder dan dierenmishandeling by proxy. De vogel leefde nog. De tweede optie was dat ik de vogel in een kooitje zou leggen en het daar zou laten tot zijn onvermijdelijke einde. Hij zou doodgaan aan bloedverlies of shock, of beide. Je moet voorstellen dat er al geen veer meer op zijn rug zat in ik sommige botjes kon zien lopen door de open wonden.
De derde optie was om er een snel einde aan te maken. Dan wel door middel van de nek omdraaien, dan wel door iets anders. Ik koos voor optie drie, wetende dat ik degene moest zijn die een einde aan het leven van dit beestje moest maken. Paul had het vlees niet nodig, er staan elke dag brokjes klaar en elke avond krijgen de katten vlees uit blik. Alleen zijn jachtinstinct was bevestigd, en hij was er maar wat trots op.
Mijn wapen werd een klein, houten bezempje. Omdat die, als onderdeel van een veger/stoffer en blik dicht in de buurt was. Bovendien zou ik het lijk afvoeren met het blik (welke van plastic was) richting de groene container. Het punt is dat ik nog nooit iets levends had gedood, niet moedwillig in elk geval. Ja, natuurlijk spinnen wel, daar schep ik dan ook een genoegen in om die rotbeesten af te maken. Net als vliegen, mieren en ander ongedierte. Maar een vogel doodslaan… Ik ben niet vies van vlees, en ik kijk als het moet naar beelden van slachthuizen. Niet omdat ik ze leuk vind, maar omdat ik vind dat er een soort plicht aan zit. Je eet het vlees dus je moet ook weten hoe het gemaakt wordt en waar het vandaan komt. Maar om zelf een leven te nemen...
Ik vond het voor mijzelf bijna net zo erg als voor de vogel. Maar ik tilde de bezem op en liet de achterkant neerdalen op de achterkant van de kop/nek van de vogel. Ik miste. Held als ik ben. Dus een tweede klap was nodig, nu wel op de juiste plek. En het was voorbij. Paultje keek mij nogal schaapachtig aan terwijl ik de vogel met moeite op het blik laadde en naar de groene container bracht. Zijn laatste rustplaats voor hij op de composthoop zou belanden.
Zoals je merkt had ik er moeite mee om dit te moeten doen. Andere mensen en dieren pijn doen ligt niet in mijn aard en ik ga conflicten dan ook zo vaak mogelijk uit de weg. Die “angst” om anderen pijn te doen heeft er waarschijnlijk voor gezorgd dat ik mijn buurvrouw nog niet heb aangevallen of iets anders heb aangedaan; ik ben gewoon te netjes.
Daar tegenover staan weer mensen die anderen aanvallen puur om wat ze zijn. Omdat twee mannen hand in hand lopen en homo zijn moeten ze in elkaar geslagen worden, zelfs met een betonschaar de tanden uit de mond geramd. Puur omdat zij zichzelf ongemakkelijke voelen bij het idee dat er andere mensen, mannen, van elkaar kunnen houden. Dat zij liefde en geluk vinden op een manier die deze haters niet kunnen begrijpen. In wezen zijn deze zieke mensen, die het nodig vinden anderen pijn te doen, niet beter dan Paultje die enkel op vogels jaagt omdat het vogels zijn.
De mensheid… soms zou je meer verstand verwachten.