Ik probeerde mij te bedenken hoe ik in deze situatie verzeild was geraakt. Hoe kon het dat de buurvrouw ineens stomdronken bij mij op de bank zat, en haar met vlooien behepte hondje rondjes liep door mijn zitkamer (bijkeuken). Maar nog belangrijker: hoe kom je ervan af? Ze wilde een discussie voeren, iets wat ik dapper heb geprobeerd, maar het werkte slechts voor even en een discussie over serieuze onderwerpen met iemand die dronken is werkt niet. Niet als je zelf nuchter bent in elk geval.
Uit pure nood ben ik naar de overbuurman gegaan in de hoop dat hij een oplossing kon bieden voor mijn probleem. Het feit dat ik een dronken vrouw op mijn bank had zitten. Maar hij wist ook niets te verzinnen. Mijn enige oplossing was dat ik toneel moest spelen dat ik om half twaalf in de avond nog een afspraak had waar ik dringend naartoe moest. Ik heb haar de deur uit gewerkt en ben in de auto gaan zitten om na tien minuten weer terug te lopen naar mijn eigen huis.
Dit zou niet de enige keer zijn dat mijn buurvrouw bij mij aan de deur kwam, en ik leerde er ook steeds beter van en dreig tegenwoordig standaard met de politie wanneer ze (vaak laat op de avond) aan de deur verschijnt. Meestal komt ze om triviale zaken, zoals een aansteker.
Ik kan mij echter niet herinneren dat ik vóór dit punt veel last van haar had, maar daarna werd het wel erger. Zo herinner ik mij een keer dat ik in de tuin zat met mijn vader en mijn buurvrouw hele verhalen hield. In eerste instantie dachten wij dat ze aan de telefoon zat, tot mijn vader over de schutting keek en zag dat ze in haar eigen praatte. Ook daar zijn legio voorbeelden van; dat ze ruzie heeft met… zichzelf.
De buuv woonde niet alleen. Ze woonde samen met haar kinderen en haar moeder. Het probleem was dat het nogal eens frictie gaf tussen de twee… dames. Moeder en dochter hadden vaker ruzie met elkaar dan goed was, en ik kon dikwijls meegenieten. Tot een warme zomerdag. Het was lekker rustig, en lekker weer. Ik besloot dus het beste te maken van de situatie en lekker buiten te gaan liggen op mijn ligbed. Ik had mijn oordopjes met muziek in en lag lekker met mijn ogen dicht te genieten van de warmte. Toen ineens hoorde ik een stem: “Mevrouw. Mevrouw? Gaat het?” In eerste instantie was ik beledigd dat iemand mij blijkbaar aanzag voor een vrouw, maar het was duidelijk dat het niet voor mij bedoeld was.
De tuin van de buurvrouw bleek te zijn ingenomen door politie en ambulance. Na een knetterende ruzie eerder op de dag was de moeder van buuv buiten gaan zitten en niet meer van haar plek gekomen. En als je een dag lang in de volle, warme zon gaat zitten zonder te drinken dan raak je een beetje uitgedroogd. Moeders werd dus meegenomen naar het ziekenhuis en is nog maar zelden terug geweest bij haar dochter, ze woont inmiddels op zichzelf.
Ach ja, mijn buurvrouw. Ik kan nog wel tien andere verhalen vullen met een gedetailleerd verslag van elk klein en groot incident. Maar ik denk niet dat iemand daarop zit te wachten. Wat ik in elk geval heb aan proberen te tonen is dat het onschuldig genoeg begonnen is en dat ik niet zomaar een hekel aan haar heb. Dat dat iets is wat is gegroeid. Later heb ik zelfs een soort dagboek bijgehouden met de overlast van dag tot dag en uur tot uur.
Maar weten jullie? Ik voel aan mijn botten dat het einde van de buurvrouw eraan zit te komen. Dat het niet lang meer duurt dat ze nog naast mij woont, ik weet zeker dat de oplossing nabij is, zoals de wijkagent en woningbouw mij voorhoudt. Het is alleen wachten tot het moment daar is. En dan kan de vlag uit!