We doen niet mee aan het WK. Zo, dat is gezegd. In plaats van slapeloze nachten, pleinen die vol stromen en fabrieken die stilliggen is er niets. Een aantal mensen die gewoon van voetbal houden steunen onze zuiderburen of een ander team. Maar Nederland gaat niet naar Rusland. Dat veegt meteen de discussie over de vraag of Nederland moet gaan, vanwege de MH17 of iets soortgelijks, van tafel. Die leefde namelijk wel, ooit, in een tijd dat niemand er rekening mee hield dat het Nederlands Elftal misschien ook gewoon zou afglijden richting het niveau van een plaatselijk amateurploegje.
Ik ben niets met voetbal. Ik ken nauwelijks de buitenspelregel. Voor mij is een buitenspel bal een bal die over de reclameborden vliegt en zodoende letterlijk niet meer gespeeld kan worden. Of een bal die in de tribunes terecht komt en waarmee een toeschouwer grinnikend weg rent. Maar het schijnt iets te zijn met de voorste spits die vanaf een bepaalde lijn niet meer vóór, of achter, de laatste verdediger van de tegenpartij mag staan. En hij mag de bal dan niet aannemen. Maar ondanks mijn gebrek aan kennis, en het feit dat ik elk doelpunt een knap doelpunt vind omdat het onwijs moeilijk is een bal te laten doen wat je wil, vind ik het jammer.
Bij het WK had je toch een soort zenuwachtige koorts die het land verenigde. Of in elk geval in twee kampen plaatste die duidelijk afgebakend waren. De één wilde dat het voetbalfeestje snel zou ophouden zodat het normale leven weer zou terugkeren. De ander vond het geweldig en leefde mee met het team en stond juichend vooraan wanneer er gescoord werd. Nu is het voetbal niet alles, maar die vereniging kon ik wel mee leven. Normaal heb je die namelijk niet. De spontane lofuitingen aan het vaderland die bijna Amerikaanse trekjes ging vertonen. In plaats van de regering tot de grond toe afbranden was iedereen bezig met poules, spelers en oranje vlaggetjes.
Nu dus niet. Het mannenteam is afgegleden, en we houden de vrouwen over. En hoe leuk ik het ook vind om naar vrouwenvoetbal te kijken, het is niet het echte. Begrijp mij niet verkeerd, de dames spelen geweldig, en je zou bijna hopen dat de mannen gingen voetballen als vrouwen. Maar het is niet zo groot, niet zo veelomvattend. Kijk enkel maar naar wat Lieke Martens verdient. Zij krijgt in een jaar wat Messi in drie dagen verdient. Over een ongelijk salaris gesproken! En dan de winst van het EK in ‘88 die de verzekering van woonboten in de hoofdstad tot grote hoogtes heeft doen stijgen. Na de winst van het EK vorig jaar is er niet zo hard gefeest. Misschien moet het vrouwenvoetbal nog groeien in de rol die de mannelijke collega’s hebben. Ik gun het ze van harte.
Maar ik hoop dat bij dat groeien één ding achterwege wordt gelaten. De afschuwelijke reclames. Rond een groot toernooi wil elke adverteerder een graantje meepikken en worden dingen die niets ermee te maken hebben er aan de haren bij gesleept. Een Joop Zoetemelk die een matras aanprijst verschijnt in mijn gedachten. Maar ook de talloze “WK-deals” die veel te duur over de toonbank gaan. Hele reclameblokken gaan over niets anders dan voetbal, of winst, of oranje.
Ik had dan ook gehoopt dat het dit jaar anders zou zijn. Al weken word ik rond de oren geslagen met reclames voor vaderdag. Blijkbaar zit paps te wachten op een barbecueschort, een barbecue zelf, of een hele rits aan luchtjes, elektronica of gereedschap. En ze vertellen dat al weken achter elkaar. Persoonlijk dacht ik door die reclames dat vaderdag al weken geleden was en heb mijn broertje abusievelijk al een paar keer gevraagd of hij zondag ook naar mijn vader ging.
Dat is in elk geval tot daar aan toe. Maar reclamemakers richten zich ook op het WK. Een WK waar Nederland niet aan mee doet. Ze gebruiken dan vooral de boodschap dat Nederland niet meedoet, maar dat er bij hen wel WK is. Het is eigenlijk schofterig, en een beetje beledigend. Alsof je een lamme gaat vertellen dat jouw benen nog wel werken, de zijne niet, maar daar moet hij maar niet mee zitten.
Maar goed, over een paar weken is het weer voorbij en zien we met een beetje pech Zoetemelk weer langskomen met zijn matras