Ik droom bijna elke nacht. Vaak over onzinnige dingen, maar soms kunnen dromen veranderen in nachtmerries. Dat gebeurt al snel wanneer mijn droom-ik wordt geconfronteerd met een voertuig. In mijn dromen ben ik namelijk een belabberde chauffeur. Autorijden is een ware hel en het komt vaker voor dat ik enkel chaos achterlaat. Het zijn niet enkel auto’s die zorgen voor rampen. Ook boten en vrachtwagens zijn rampen voor mijn omgeving. Een droom die mij nog helder voor de geest staat is dat ik half Sleeuwijk had gesloopt enkel door in een truck te stappen en spontaan te vergeten waar de rem zat.
Toen ik 10 maart wakker werd en las over de crash van een vliegtuig in Ethiopië voelde ik mij ook vreemd schuldig. Het was toch zeker niet ik die dat vliegtuig neer had laten komen? Sterker, ik heb nooit gevlogen in mijn dromen. In andere voertuigen ben ik al onveilig genoeg. Maar dat deze crash het begin zou zijn van een storm voor Boeing had ik niet kunnen vermoeden. Er storten bijna dagelijks vliegtuigen neer. Maar zelfs dan is het nog de meest veilige vorm van vervoer.
Iedereen weet wat volgde. Omdat een productiefout werd vermoed begonnen maatschappijen de vrij nieuwe vliegtuigen aan de grond te houden. Daarna sloten landen hun luchtruim en uiteindelijk vliegt er nu geen enkele 737 Max-8. Het was pas toen ik de naam een paar keer gelezen had dat ik het vliegtuig thuis kon brengen. Ik had er namelijk al eens in gevlogen. Toen ik terugkwam van mijn vakantie eerder dit jaar!
Nu was het al geen goede start voor het vliegtuig in kwestie. En ook een lastig begin van de vakantie. Ik had thuis al gereserveerd, en bovendien extra betaald voor een stoel met meer beenruimte. Maar inchecken op Schiphol bleek niet mogelijk. Pas na aangesloten te zijn in een rij, en die te hebben gevolgd, werd duidelijk waarom. Het vliegtuig in kwestie, de 737 max-8, had panne. Het personeel wrong zich in allerlei bochten van excuses dat ze terug moesten grijpen op een oudere 737, maar het nieuwe vliegtuig had een blikseminslag gehad. Blijkbaar was daarbij de ruit van de cockpit gebarsten. Het is al onveilig om met een gebarsten voorruit in je auto rond te rijden, en in een vliegtuig is het helemaal niet aan te raden. Vandaar dat we in het oudere toestel werden geloodst.
Op de terugweg werden we dan weer wel welkom geheten in de nieuwe trots van TUI. En daar begint voor mij het deel wat niet te rijmen is. Over de intercom waren de piloten laaiend enthousiast over hun vliegtuig, maar volgens nieuwsberichten zijn de piloten juist kritisch. Wie moet ik nu geloven? De piloten of de krant? Of kan ik beter op mijn eigen instinct afgaan? Want de 737 Max-8 was een van de fijnste toestellen waarin ik gevlogen heb. De luchtdruk werd op zo’n manier opgevoerd dat mijn oren niet “popten”. En hij leek stabieler te vliegen dan het oudere toestel een week eerder.
Nu ben ik niet bang om neer te storten. Ik weet dat mijn oma, als ze gaat vliegen, het laatste hoofdstuk van haar boek alvast leest. Dan weet ze hoe het verhaal afloopt voor het geval dat het vliegtuig uit de lucht gaat vallen. Maar in vliegtuigen heb ik geen gevoel van angst. Alleen wanneer ik naast het raampje zit en de mechanische vogel de eerste paar meter in de lucht maakt. Dan heb ik even last van mijn hoogtevrees. Die verdwijnt al snel wanneer de wereld beneden veranderd in een Madurodam-model.
En mocht het zo ver komen dat het vliegtuig besluit ter aarde te storten zijn er een paar vuistregels. Die zijn niet vrolijk, maar helpen wel. Want de kans is groot dat je op slag dood bent bij een vliegtuigongeluk. Het is geen lijdensweg. Het is, als het goed fout loopt, pats boem. Verder hoeft je achterblijvende familie niet al te veel te lijden voor jou want de meeste vliegtuigmaatschappijen betalen genereus uit aan de familie van omgekomen passagiers.
En de laatste gedachte; je gaat nooit alleen! Wanneer de motoren het begeven, het roer vast komt te zitten en de grond sneller dichterbij komt dan de bolide van Max Verstappen kan rijden ga je gezellig met de rest van het vliegtuig de pijp uit. Wees dus vriendelijk tegen je medepassagiers. Als het goed fout gaat kun je nog tot de eeuwigheid met ze samen zitten.