Vorige week zaterdag ging ik met Gert-Jan naar de Mediamarkt. De Mediamarkt of MM is voor mij een soort Disneyland. Maar dan goedkoper daar je geen entree hoeft te betalen. Lekker snuffelen tussen de verschillende elektronische snufjes. Verlekkerd kijken naar iets onzinnigs wat je wel hebben wil. En natuurlijk het wikken en wegen of je dit gaat kopen. Rekenen, nog eens rekenen en voor een derde keer rekenen of je salaris lang genoeg is voor de maand. En of je salaris ook nog lang genoeg is na aankoop van wat je graag wilt.
Zo hadden we eerst, uit noodzaak, de sectie DVD-spelers bezocht. En daar leerden we dat DVD, en in het verlengde Blu-Ray uit is. Niet zo gek natuurlijk in deze tijd van Netflix, Videoland en Disney+. Pakketten bestonden nog wel. Een hele surroundset met een DVD-speler. Maar losse spelers zijn stervende.
Na een speler gekozen te hebben gingen we los op de muizen. Welke computermuis was het beste, en bood het meest waar voor je geld. Na een perfecte muis gevonden te hebben, die uiteraard uitverkocht bleek, was het snuffelen geblazen en bewonderden we laptops. Daar werden we benaderd door een verkoper.
Zoals elke Nederlander vind ik verkopers maar zonde van de tijd en gebruik ik ze alleen om de regels te bevestigen die ik al wist. Het liefst hadden we deze man ook weggewenst, maar hij zelf zat verlegen om een praatje. Om zijn nek hing een kaartje van Chromebook. Een merk van Google. Zelf heb ik ook een Chromebook voor mijn schrijfwerkzaamheden. Ik zei dit tegen hem in de hoop tips en tricks te krijgen.
Want hoe snel en rechtlijnig de Chromebook ook is. Buiten het schrijven om is het nauwelijks te gebruiken. Het is geen monster om spelletjes te spelen, en het intern geheugen maakt ze niet geschikt voor het downloaden van films of het beluisteren van muziek. Toen ik tegen de man opmerkte dat ik de Chromebook gebruikte voor het schrijven van columns volgde de wedervraag wat voor columns. Toen die over politiek bleken te gaan vroeg hij naar de richting die ik aanhang.
Ik zei “centrum”. Want ik ben nu eenmaal centrum op de schaal van het politieke bestel. In sommige dingen ben ik heel links, in andere heel rechts. Daarom is centrum een veilige keuze. Zo zie ik beide partijen en kan ik dus met beide kanten meepraten. Maar dat maakte de man wakker en ik dacht dat ik een oermonster wakker had gemaakt.
Van, vooral links georiënteerde, actievoerders had ik al wel eens gehoord over het bestaan van dit fantasiewezen. En ik dacht ook werkelijk dat het een fantasiewezen was, in het hoofd van de linkse actievoerders dan. Maar hier stond hij ineens voor mij: de Boze Witte Man!
Ik geloofde niet in zijn bestaan omdat de Boze Witte Man meestal wordt afgeschilderd als iemand die onterechte klachten vertelt. Ik beschouw boze boeren dan ook niet als Boze Witte Mannen. Het zijn mannen en vrouwen, die toevallig wit zijn, en boos. En terecht: hun levensonderhoud wordt bedreigd. Leraren, als ze wit zijn en boos, zijn ook geen Boze Witte Mannen. Hun klachten zijn gegrond: het basisonderwijs wordt te veel aan haar lot overgelaten en de werkdruk is te hoog. Daarbij is het respect voor de leraar verdwenen.
De bouwvakkers zijn ook geen Boze Witte Mannen. Ze zijn inderdaad vaak wit. En ze zijn boos omdat ook zij, gelijk de boeren, niet aan het werk kunnen door stikstof en koolstofdioxide. Maar de man voor mij, de verkoper, ging los op alles wat hem niet zinde. Hij vond de stikstofcrisis maar niks en was het eens met de boeren.
Maar niet zo veel eens dat ze moesten gaan protesteren. Hij vond dat hij er te veel last van had. Hetzelfde voor de bouwvakkers, die op dat moment nog moesten protesteren. Dat mocht ook wel, maar niet te vaak. Het moest per slot van rekening geen Frankrijk worden! En wat te denken van de klimaatactivisten? Die moesten met hun mening ergens anders naartoe, want als de eerste twee partijen aan het protesteren waren werd het al te druk.
Gert-Jan had inmiddels een veilig heenkomen gezocht en ik zonderde mij stapje voor stapje af, tot de man besloot dat hij koffie nodig had. Waar hij boos over werd is mij eigenlijk nog steeds een raadsel. Het is niet dat zijn inkomen op de tocht stond, vooral niet omdat op dit late tijdstip op zaterdag de parkeerplaats van de Mediamarkt meer dan halfvol stond en de klimaatmaatregelen aan de elektronicazaak voorbij lijken te trekken. Alles bij elkaar vond hij het eigenlijk maar lastig. En dat is iets om boos over te worden.
Ik heb hem dus ontmoet. De Boze Witte Man die boos is omdat hij niet anders kan. De BWM dus. Of de Boze Winkel Medewerker. En de manier waarop hij schaamteloos stond te schreeuwen in de winkel vond ik eigenlijk heel erg onprofessioneel. Aan de andere kant, ik heb er wel weer een stukje aan te danken. Getypt op een chromebook.