Vanavond is de eerste keer dat Fedde bewust Sinterklaas gaat vieren. Het idee is een klassieke Sinterklaasavond zoals ik die ook ken uit mijn eigen kindertijd. Een luid gebonk op de deur, of op een willekeurig raam, en manden, zakken of tassen vol cadeaus voor de deur. Naar mijn weten heeft iedereen geholpen de stapel cadeautjes te voeden. Het zal dus flink uitpakken worden. Uiteraard gaat het om het idee achter het cadeautje en niet de cadeautjes zelf. Ik bedoel; na een bepaalde leeftijd geef je daar natúúrlijk niet meer om!
Mijn grote vraag is hoe Fedde gaat reageren. Hij is twee weken geleden drie jaar geworden en begint natuurlijk de wereld steeds meer en beter te snappen. En een goede Nederlandse familie als wij zijn proberen we hem het geloof in de Sint bij te brengen. Voor de binnenkomst van de Goedheiligman in Werkendam had hij een tekening gemaakt en toen we hem ernaar vroegen leek hij niet echt te weten wat hij met de tekening aan moest. ‘Voor Sinterklaas.’ Was het enige wat hij zei terwijl hij in zijn pietenpakje rondliep.
Mijn geloof in de Sint was vroeger heilig. Zoals eigenlijk van elk kind zou moeten zijn. Je staat als kind nog niet stil bij de technische, economische en sociale beperkingen van het Sinterklaasfeest. Een oude man, die ouder lijkt te zijn dan de tijd zelf, die elk jaar uit het zonnige Spanje naar Nederland komt. In een stoomboot nog wel, en dat terwijl de meeste mensen al beginnen te morren als ze drie uur in een vliegtuig moeten zitten. En om het plaatje compleet te maken komt hij met een stel, zwarte, mensen die allemaal Piet heten.
En de boot is natuurlijk gevuld met cadeautjes. Ontelbaar veel cadeautjes die bedoeld zijn voor schoenen of voor pakjesavond. Dat één stoomboot nooit voldoende kan zijn om zo veel cadeautjes aan te kunnen sta je niet bij stil. Ook niet dat het economisch ontwrichtend is voor Sint en Co om zoveel pakjes weg te geven. Wanneer het vroeger op een koude novembernacht, zoals de afgelopen dagen, stormde en je hoorde takken tegen het dak slaan was het in je kinderbrein de Sint. De Sint die met één of meer pieten, en het paard, op het dak van jouw huis stond en door de schoorsteen pakjes kwam brengen.
Na een paar jaar verlies je het geloof in de Sint. Niet alleen krijg je druk van je ouders en omgeving. Maar ook ga je nadenken over de diepere antwoorden op de vragen die je krijgt. Je kunt dan niets anders dan concluderen dat de oeroude man gewoon een acteur is die elk jaar een jurk aantrekt. Er zijn steeds meer ouders die het stukje van het geloof in de Sint over willen slaan. Sterker; een Belgische kinderpsycholoog zegt dat ouders beter niet mee kunnen doen.
Volgens hem kun je beter de waarheid aan je kinderen vertellen. Niet alleen omdat de Sint bij armere gezinnen de kans niet heeft langs te komen. Maar bovenal ook omdat je kind het je later kan gaan verwijten. Dat ze gaan zeggen dat ze zijn voorgelogen.
Belachelijk! Laat een kind juist een kind zijn en even geloven in de wereld waar de Sint uit Spanje komt. Maak er desnoods je eigen verhaal van. Maar neem een kind het geloof en de onschuld niet af! Je kunt een kind toch niet toevertrouwen met de onvoorwaardelijke waarheid? Dan krijg je scènes zoals Harrie Jekkers die tegen zijn, fictieve, zoontje zegt dat hij lijkt op een gerimpelde kleibint. Dat je moet oppassen met “dat stukkie tuinslang tussen je poten” omdat je bij verkeerd gebruik je hele leven alimentatie moet betalen.
Laat de kinderen, net als ik, geloven dat de Goede Sint een ambassadeur is voor alle kinderen. Dat hij strooit met cadeautjes en dat die met slecht weer nog altijd op je dak staat voorzien van een paard en piet. Ik ben nooit kwaad geweest dat ik jaren ben voorgelogen. Ik ben ook nooit boos geweest dat ik in de Sint heb geloofd. Op wie moet ik kwaad worden? De Sint? Die bestaat niet. Mijn ouders? Die deden het met de beste bedoelingen, tenminste; dat hoop ik.
Sterker: Soms mis ik dat geloof. Het geloof dat er inderdaad een oude vent komt die cadeautjes komt brengen. Iemand die in de gaten houdt dat iedereen goed en braaf is. En bovendien, als volwassene, dat er niemand is die je meeneemt naar Spanje als je niet braaf bent geweest. Want geef toe: een paar dagen in een jutezak op een stoomboot klinkt veel comfortabeler dan vier uur vliegen met Ryanair!