Vroeger was ik een fan van het Eurovisie Songfestival. Mij leek het een van de hoogste dingen die een artiest kon halen. Zoals voetbalclubs graag in een grote Europese competitie komen. Of zoals het WK, EK en de Olympische spelen een krachtmeting zijn tussen de beste voetballanden of atleten. Zo stelde ik mij het Eurovisie Songfestival voor. Een krachtmeting tussen de gouden keeltjes van Europa. De ene superster tegen de andere superster. En zingen met die hap!
Later leerde ik dat dit niet het geval was. De meeste serieuze artiesten houden zich niet bezig met het liedjesfeest. Het zijn meestal B-artiesten die staan te dringen. Want stel voor dat ze winnen, of dat ze een goede show neerzetten. Dan staat hun naam in de sterren geschreven. Dan is hun naam gevestigd. Uit het blote hoofd kan ik van de winnaars er zo een paar opnoemen zoals… die vrouw met die baard? Ik weet zeker dat die er was, want ze heeft Nederland weten te verslaan. En dan had je nog die gemaskerde venters met hardrock.Uit… Finland? Zweden? Of IJsland.
Goed. Ik geef toe dat als je verschijnt, en wint, je naam niet meteen in de sterren geschreven staat. Sterker: iemand met een succesvolle B-carrière heeft een grote kans een zeer succesvolle C-carrière te hebben na een deelname. Toen mij dat duidelijk werd was de lol er voor mij eigenlijk al af. Het was niet de magie van de besten tegen de besten. Bovendien begon het steeds meer te lijken op een freakshow. Ik bedoel: een vrouw met een baard! Op een kermis uit de negentiende eeuw misschien geweldig. Niet in een competitie die eigenlijk over liedjes zouden moeten gaan.
En dat laatste is ook een van de redenen waarom ik niet meer kijk. Ik geef toe dat het in de jaren negentig, toen ik geboeid voor de televisie zat, het ook al schering en inslag was. Nederland gaf bijna douze points aan België. België gaf de zijne aan Frankrijk en Nederland. Duitsland probeerde een anschluss met Oostenrijk die vriendelijk bedankte en hetzelfde aantal punten terug gaf. Maar de jaren na de toelating van de zogenaamde oostbloklanden liep het de spuigaten uit. Er worden daar meer gunstenpunten verleend dan politici elkaar zouden durven geven alvorens beschuldigd te worden van corruptie.
Toen was voor mij de lol eraf. Het sprookje gesloten en sindsdien lees ik elk jaar in de krant wel wat de kansen zijn. En oh, wat zijn onze kansen dit jaar weer hoog. Ik weet niet wie de Nederlandse inzending is, ik weet niet hoe het klinkt. Maar blijkbaar speelt hij Israël sneller en beter plat dan Israël de Egyptische luchtmacht tijdens de Zesdaagse oorlog. Maanden geleden las ik al paniekberichten dat de Tros niet wist waar hier in Nederland het songfestival te organiseren. Ze hadden de ruimte niet, het budget niet.
Het doet mij een beetje denken aan de beer en de huid. Of aan Ajax die wel even af zou rekenen met Tottenham. Misschien trekken ze op het songfestival nog een vrouw met met een baard tevoorschijn en hoeft de Tros zich helemaal geen zorgen te maken. En als dat zo is zal ik het niet zien, want ik kijk er niet meer naar. Ik lees het wel in de krant. Tot over een jaar weer Nederland op één staat bij de bookmakers en we weer net doen alsof we kunnen winnen.