Als er een plek is waar ik warme gevoelens van krijg dan zijn het winkelcentra en Schiphol. De sfeer van schiphol vind ik fijn. Lange gangen, mensen die zich heen en weer bewegen en grote ruimtes doorspekt winkeltjes. Daar komt ook mijn fascinatie met winkelcentra om de hoek. Een microkosmos. Buiten mag het sneeuwen, regenen of de zon schijnen. In een winkelcentrum is dezelfde temperatuur.
Bovendien zijn het gebouwen die veel weghebben van paleizen die koningen vroeger bouwden. Als de winkeliers eruit gejaagd zouden worden, een slot op de deur zou worden gedaan en dure kunst aan de muren zou worden gehangen, zou er een paleis ontstaan die het niet onder zou doen voor de grootsheid en uitgestrektheid van Vaticaanstad.
Uiteraard hebben sommige plaatsen in een winkelcentrum mijn voorkeur boven anderen. Dat heeft ook te maken met mijn jeugd. Wanneer we uit winkelen gingen waren speelgoedwinkels natuurlijk het leukst om te bezoeken. Maar de kledingwinkel ertegenover minder. In mijn herinnering (en ik twijfel niet aan de juistheid daarvan) brachten we maar een paar minuten door in de speelgoedwinkel. En daarna uren in de kledingwinkel, die van mij gerust de naam klerewinkel mag dragen.
Het is wellicht daar gekomen dat ik ook nu een hekel heb aan kledingwinkels in het algemeen. Mijn kleren koop ik het liefst bij de *Cranenbroek, dat heeft er voor een deel mee te maken dat ze daar mijn maat hebben. En voor een deel dat het daar goedkoop is. De procedure is dat ik één broek pas, en daarna de rest op die grootte baseer. En dat ik gewoon kleding koop in de grootste maat.
Kleding die ik werkelijk in klerewinkels koop draag ik dan ook tot ze werkelijk “op” zijn. Gewoon om het geld eruit te halen. Zo had ik een keer een sweater gekocht voor ruim zestig euro, en ik heb die jaren gedragen tot de gaten erin kwamen. Maar de kleding die daaroverheen gaat zijn mijn schoenen.
Schoenen overtreffen namelijk mijn antipathie voor kleding. Bij het passen lijkt het wel of mijn maat niet bestaat. Net te groot, of net te klein. Bovendien is het zo dat wanneer de schoenen vers uit de schoenendoos komen ze zijn gekrompen, en dus ook niet goed aan mijn voeten passen. Ruim tien jaar terug besloot het bedrijf waar ik werk gezondheid te promoten en kregen we een abonnement op de sportschool.
Bij dat abonnement kregen we ook een kortingsbon voor sportschoenen. Het was een behoorlijk bedrag dat we konden besteden bij een sportwinkel. Maar zelfs mét bon moest ik voor de goedkoopste schoenen tientallen euro’s bijbetalen! Daarom, vanaf het moment dat ik die schoenen niet meer gebruikte voor sporten, heb ik ze jaren gedragen!
De zolen sleten weg, wat wit was werd grijs. Gaten kwamen bij de tenen. En ze zaten heerlijk! Ik hoefde niet eens te bukken om ze aan mijn voeten te doen. Die gleden er gewoon in. Maar op gegeven moment moest ik toegeven dat het geen porem meer was. Gaten bij de tenen laten nu eenmaal water door, maar zelfs als ze ervoor zorgen dat het water er met dezelfde gang uit stroomt verslaat het de bedoeling van het hebben van schoenen een beetje. Dan kan ik net zo goed sandalen gaan dragen.
Daarom heb ik mijn trots, en afschuw, opzij gezet en ben ik voor het eerst in jaren nieuwe schoenen gaan kopen. Nu hopen dat deze stappers van dertig euro even lang meegaan als de volgende.