De Efteling is een sprookjespark met attracties. Iedereen weet dat het bos met zijn authentieke huisjes en gemechaniseerde bewoners het hart vormt van het park en dat de achtbanen en darkrides er later bij zijn gekomen. Als dit het uitgangspunt is van de Efteling dan is het uitgangspunt van Disneyland Parijs een winkelcentrum met attracties.
Hoewel Main Street USA een ervaring is om doorheen te lopen. De plek waar de Amerikaanse jaren 20 sfeer tot leven komt. Waar “oude” auto’s rijden, parades plaatsvinden en af en toe Disneyvriendjes in het wild lopen. Maar eigenlijk is het een winkelcentrum met extra facade. Achter elk huis schuilt een winkel. Zelfs onder het kasteel van Doornroosje zijn meerdere winkels. Laat het geld maar rollen!
Buiten het park is het ook een walhalla voor Disneygevoelige koopjesjagers. In de zogenaamde “Disney Village” zijn winkels geweid aan wat je ook in het park kunt kopen. Zonder dat je het park in hoeft. Het was tijdens een loopje door een van die winkels dat ik een beetje verliefd werd op een knuffeltje van Figaro. Een knuffel van een zwart wit poesje dat vrolijk de wereld in kijkt. Meteen toen wist ik dat ik “Figaro” hebben moest.
Ik ben de leeftijd van knuffels inmiddels volledig voorbij, uiteraard. Ik duld niets anders in mijn bed dan kussens, dekens, mijn mobiel en een laptop. Maar ik heb nog wel een kleine verzameling knuffels die ik bewaar omdat ze mij aan dingen en plaatsen doen denken. Figaro mag zich nu bij dit exclusieve oude clubje scharen. Deze club hoeft in wezen niets te doen. Behalve misschien de huistelefoon bewaken.
Figaro is nu het nieuwste lid en is er als herinnering aan Disneyland, en Parijs. Uiteraard heb ik ook een beeldje van Mickey Mouse die naast de Eiffeltoren op een kaart aan het turen is. Maar voor zover subtiliteit gaat vind ik dat beeldje de subtiliteit voorbij…
De andere leden van de club hebben ook verhalen. Tot voor kort was Kevin, samen met zijn afzichtelijke broertje, het jongste lid van de knuffelclub. In tegenstelling tot Figaro is dit duo niet grappig om te zien, of werkelijk “knuffelbaar”. Kevin is namelijk een knuffel in de vorm van een zombie. Zijn broertje een lelijke roze trol. Kevin heeft een groen dooraderd gezicht met grote bloeddoorlopen ogen en een kort plukje haar. Ik weet niet eens of zijn oorspronkelijke naam wel Kevin is. Ik heb hem zo genoemd.
Kevin en zijn broertje heb ik namelijk gewonnen. Een beetje tipsy zwalkte ik op een vrijdagavond met een aantal collega’s door Preston Palace en we bleven steken in de speelhal. De helft van de apparaten was defect of buiten dienst en ik had al een paar euro in een flipperkast gegooid. Die had ik net zo goed in een vuilnisbak kunnen gooien want daar bereikte ik niets mee. Ten langen leste gooide ik een euromuntstuk in een grijpkraan.
Op de achtergrond protesteerde een collega dat het zonde van mijn geld was en dat ik toch niets zou winnen. Het was op dat moment dat ik zijn ongelijk bewees, en mijn euro verzilverde. Ik stuurde de fragiele stalen klauw in een serie knuffels en een knuffel werd vastgegrepen en meegesleurd naar de uitgifte. Een afzichtelijke roze zombieachtige trol. De volgende dag, iets meer nuchter, waagde ik mijn kansen in de schiettent. Daar kreeg ik voldoende punten voor een broertje van de knuffel uit de grijpklauw. Die kreeg de naam Kevin. En sinds ik met mijn kater de zondag van dat weekeinde thuis kwam maakt dit afzichtelijk duo deel uit van de knuffelclub.
Dan zijn er nog twee leden over. Twee hele oude leden! Ik weet niet eens wie het jongste is van die twee leden. Maar ik denk dat dat “Varken” is. Varken is… een klein knuffeltje in de vorm van een varken. Dit rozige beestje ziet er redelijk gemangeld uit. Hij was degene die als taak had de huistelefoon te beschermen toen ik nog in Gorinchem woonde. Dit in de hoop dat roofzuchtige buurtgenoten een varken, zelfs als het een knuffel betrof, niet weg zouden durven halen.
Varken komt werkelijk nog uit mijn kindertijd en kan dus gerust al dertig jaar oud zijn. Misschien zelfs ouder. Hij maakt deel uit van een duo. Zijn maatje heet: koe! En koe is zonder meer het oudste van het stel. Of misschien het meest bruut behandeld. Koe was mijn standaardknuffel toen ik niet groter was dan een vuilnisbak.
Een bruin diertje met een witte vlek over de kop. Maar daar is weinig meer van te zien. Zijn ogen zijn lang geleden al verdwenen en zijn staart is afgesleten omdat ik deze als kind vaak in mijn neus stak . Zijn vacht is op verschillende plaatsen gescheurd en zijn kopje zit niet meer zo vast op zijn romp. De senior van de knuffelclub en mijn oudst overlevende knuffel.
En die club doet niets meer. Alleen maar herinneringen bewaren in de hoek van mijn woonkamer. Meer dan dertig jaar aan herinneringen. En die zijn toch een beetje om te knuffelen.