“Helaas meneer, het is niet dat onze klanten geen mening mogen hebben. Maar vanwege corona kunnen we dit niet toestaan. We hebben het AD en de Telegraaf ook al nee moeten verkopen.”
Ik kan niet anders zeggen dan dat “mijn” eerste aflevering van “Oké FM vraagt…” een succes was. Het was voor mij leuk om te maken, het was een verfrissing en ik had beloofd elke twee weken een nieuwe aflevering te maken. Dit om een zaterdag vrij te houden, want er gaat redelijk wat tijd zitten in het maken van twee minuten beeldmateriaal. Ten eerste moet ik op zaterdag er al vroeg uit, douchen, tanden poetsen en mijn haar doen zodat ik er toonbaar uit zie.
Daarna moet ik naar een plek in de Bommelerwaard rijden, camera neerzetten, mensen ondervragen. En bij genoeg materiaal weer naar huis, filmpje monteren… en dat is alleen maar op de dag zelf! Ik moet ook voorbereidingen treffen zoals de vraag! Wat voor vraag stel je mensen? Het doel van het programma is licht van toon, dus geen moeilijke politieke vragen.
Nu werd de vraag mij vrijwel letterlijk in de schoot geworpen: er kwam sneeuw aan. Dus ik ging aan mensen vragen: “Wat vindt u van de sneeuw?”. Met die hindernis genomen was het zaak om een plek uit te zoeken om te gaan staan. Ik schreef de vorige keer al dat dit is op een plek waar mensen samenkomen. En na een korte blik op Google Maps besloot ik dat na mijn eerste slachtoffer, Brakel, Ammerzoden mijn volgende kampeerplaats zou zijn.
Ik zocht de supermarkt op in Ammerzoden en belde ze op vrijdag op met de vraag of ik voor hun winkel mocht posten om mensen vragen te stellen. Maar hun antwoord was negatief. Waar de Plus in Brakel meteen vóór was kreeg ik nu een “nee” te horen. Ik zou mensen ophouden (dat doe ik niet). Ze hadden het AD en de Telegraaf ook al nee moeten verkopen (ze hebben redelijk grote klanten).En ik was na de Coronatijd weer welkom!
Ik was serieus een beetje beduusd en besefte meteen waarom ik nooit in het datingcircus was gestapt. Nee horen over iets waar je zelf redelijk enthousiast over bent is redelijk pijnlijk. Maar ik gaf niet op. Een paar kilometer verderop zat nóg een supermarkt. Maar die vond dat ik maar contact op moest nemen met het hoofdbureau om daar een afspraak te regelen.
Moedeloos werd ik ervan. Na een tip heb ik nog een grootgrutter in Zaltbommel geprobeerd maar die liet een keiharde “njet” horen. Ik besefte hoe goed ik was behandeld door de Plus in Brakel die mij wel het vertrouwen en de ruimte gaf. Bovendien hoefde ik ze niet eens te bellen. Wanneer ik het bij de stoep hield was ik gewoon in de openbaarheid. Maar ik vond het niet meer dan netjes om te melden, of te vragen of het goed was dat ik kwam.
Na de derde afwijzing had ik een kleine zenuwinzinking. Moest ik werkelijk elke supermarkt in de Bommelerwaard bellen met de vraag of ik een uurtje voor hun deur mocht parkeren? En hoeveel zouden er nog nee laten horen? Dat zou niet opschieten en dus besloot ik het anders aan te pakken. Ik was er geen fan van, maar ik moest overstappen op struikroververslaggeving. Ik zou naar een willekeurig park in Zaltbommel gaan om daar de camera bij verschillende mensen onder de neus te duwen.
Uiteindelijk heeft mijn vader me geholpen. Ik had sowieso een extra paar handen nodig om de microfoon vast te houden. En het bleek markt te zijn in Zaltbommel. In plaats vna anderhalf uur wachten buiten een winkel waren we in twintig minuten klaar. Voldoende materiaal om de uitzending te vullen. Misschien is dit inderdaad een betere manier. Bovendien is het een heel leuk en opgewekt filmpje geworden. Over twee weken weer.