Voor wie tijd over heeft en interesse heeft in archeologie en geschiedenis kan ik het programma “Time Team” aanraden. Het wordt gepresenteerd door Tony Robinson en heeft een simpele werkwijze. Elke aflevering gaat een team archeologen naar een plek, meestal in Groot-Brittannië, waar ze denken iets interessants aan te treffen. Dat kunnen overblijfselen zijn uit de middeleeuwen, Romeinse Tijd of prehistorie. Daarna hebben ze een paar dagen om te graven en hun bevindingen uit te pluizen. Lekkere slow-tv.
De serie staat tegenwoordig op YouTube, maar vroeger werden in Nederland uitzendingen door Discovery Channel gedaan. Ik was toen nog een fan van het documentairekanaal. In zoverre zelfs dat ik aan het begin van de zomervakantie met een kladblok ging zitten en alle interessante programma’s die kwamen opschreef.
Meestal waren dat historische documentaires. De bouw van de piramides, of gebruiken uit het oude Egypte, gepresenteerd door Bob Brier. American Casino, documentaires over het Romeinse Rijk of de weelde en overdaad van een hotel in de Bahama’s.
Er was zelfs een programma dat ik wekelijks volgde. De “Scrapheap Challenge”. Deels omdat je ervan leerde, deels omdat het mij fascineerde. De Scrapheap Challenge was een wedstrijd, elke week waren er twee teams die een opdracht kregen. Deze opdrachten waren redelijk gevarieerd en konden vrij simpel of complex zijn. Het kon zijn dat ze enkel een boot moesten bouwen en daarmee een parcours afleggen. Of juist een vaartuig waarmee de teams een verzonken auto op moesten takelen of een voertuig dat zich “lopend” voort kon bewegen.
Voor het bouwen van deze machines hadden de teams twaalf uur de tijd en mochten ze alleen gebruik maken van spullen die ze buit maakten van de naastgelegen schroothoop. Soms werden de teams geholpen. Toen ze een stoomtrein moesten bouwen waren er over het terrein stoomzuigers verborgen zodat de teams niet helemaal vanaf het nulpunt moesten beginnen.
De eerste helft van de aflevering werd gevuld met het maken van plannen en het bijstellen ervan. Een boot kon al snel worden gevonden door het opstaande dak van een busje te zagen. Een hijskraan werd met stalen buizen in elkaar gelast en soms gingen dingen ook faliekant fout en moesten ze halverwege opnieuw beginnen omdat ze iets fout door hadden gehad.
Intussen werden de plannen met tussenfilmpjes duidelijk gemaakt. Hydrauliek, drijfkracht, zweefkracht en de werking van een stoommachine passeerden de revue, en dat gaf mij op jonge leeftijd soms een voorsprong bij natuurkunde.
Maar dat was niet het enige. Soms zat de boodschap op een andere manier verborgen. Neem die loopmachines. De teams pakten het beiden anders aan. Het ene team besloot met hydrauliek en een schuifsysteem te werken. Een poot werd opgetild, naar voren geschoven en zakte daar weer. Daarna zou het achterste deel op worden getild en het voorste deel volgen.
Het andere team besloot dat een auto in de basis al geschikt was om te lopen. Ze kalefaterden een jeep op, haalden de wielen eraf en vervingen die door lange poten die synchroon op en neer bewogen. Zo werd de hele wagen de lucht in getild wanneer de wielen draaiden, en daarna weer neergezet op de grond.
De resultaten waren een heel langzaam “lopende” hydrauliekmachine. En een stampende jeep. De hydrauliek deed elegant aan. Het was een mooie oplossing, met iets te veel denkwerk. De simpele jeep had de overhand in de wedstrijd. Zitten was onmogelijk omdat de inzittenden eruit werden geworpen. Maar het stampte lustig door en deed, ondanks het gebrek aan comfort, waarvoor het bedoeld was.
Conclusie: simpel is af en toe beter, ondanks alle bezwaren ertegen. Helaas versimpelde Discorvery Channel daarna ook. Techniek en geschiedenis ging plaats maken voor tatoeages, bikers en pandjeswinkels en blijft bij mij enkel de herinnering aan het opschrijven van kijktijden voor een vakantie.