Het is weer de tijd van de maand. Nee, ik heb het niet over vrouwelijke ongemakken. Maar het heeft er, zijdelings, wel mee te maken. De vrouwen dan, niet de ongemakken. Het is namelijk de eerste van een nieuwe maand. En dit, eigenlijk willekeurige moment, is uitgekozen voor een hoop dingen.
De meeste afschrijvingen vinden plaats op, of zo dicht mogelijk rond, deze datum. De huur, water, elektra en andere lopende contracten. Als die leegloop eenmaal geweest is kan ik de “vrije” uitgaven voor de rest van de maand op gaan maken. Deze vrije uitgaven zijn de dagelijkse lasten als boodschappen, benzine en bezigheden.
Maar waar ik werkelijk naar uitkijk deze datum is een nieuw meisje. Want wanneer is het een echte nieuwe maand? Wanneer de kalender omgeslagen kan worden en de maand mei werkelijk in juni verandert. En om mij daaraan te herinneren heb ik een kalender met “leuke” schaarsgeklede, of beter gezegd: ontklede, dames aan de muur hangen.
Het is een van de voordelen van het alleen wonen. Elke maand heb ik een nieuw vriendinnetje dat niet klaagt, geen eisen stelt en geen geld kost. Ik sla het ringblad om en kijk, standaard, hoofdschuddend naar de jongedame die zich nu weer presenteert. Ik klak een paar keer met mijn tong en vraag me hardop af of haar vader wel weet wat ze uitspookt.
Daarna volgt, in gedachten, soms een filosofische verhandeling, wat het betekent wanneer haar vader het wel weet. Maakt hem dat een betere vader of juist een slechtere? En wat wanneer jij die vader kent en het wel weet dat zijn dochter pontificaal de maand juni vertegenwoordigt. Ben je dan verplicht het te zeggen of is het iets van de dame in kwestie? En wat zegt het over mij dat ik haar zomaar aan de muur heb hangen?
Dat laatste is natuurlijk makkelijk te beantwoorden: het schreeuwt dat ik single ben! Al heb ik ook klachten gehad. Of beter gezegd: toen ik jaren terug mijn eerste kalender ophing, hoorde ik de buurvrouw erover klagen tegen haar moeder. Blijkbaar had ze op de een of andere manier gezien wat er hing en vond ze het maar niks. Misschien een gegronde klacht als ze zelf niet dikwijls naakt, dronken en stoned over straat had gezwalkt. Je kan veel zeggen van de meisjes van januari tot december, maar die komen niet verder dan de muur waar ze hangen en vallen de rest van de buurt niet lastig.
Bovendien is het voor mij niet vreemd om een kalender met naakte dames aan de muur te hebben. Je zou zelfs kunnen zeggen dat ik ermee op ben gegroeid. Een favoriet verhaal van mijn vader is dat hij, toen ik nauwelijks kon praten en lopen, mij al een playboy-foto liet zien. Ik was niet zo geïnteresseerd in de dame in kwestie, dan wel een mooie riem die ze blijkbaar om had. De opmerking was dan ook: “mooie riem!”
En het was niet alleen die ene foto. Het thuiskantoor van mijn vader hing vol met posters en kalenders van vrouwen met minder aan dan riemen. Wanneer ik achter de computer wilde, of iets ging kopiëren of printen, werd ik standaard geconfronteerd met een half naturistenkamp aan naakt. Het was voor mij gewoon. Ik was eraan gewend. Toen mijn oma een keer op bezoek kwam en aan mijn vader vroeg waarom het nou zo moest, wuifde die de opmerking van zijn moeder weg.
Voor mij was het dus normaal. Voor de rest van de wereld niet. Daar kwam ik ten volle achter toen ik mijn eerste kinderfeestje in dat huis gaf. Het was ook mijn eerste jaar op een nieuwe school, en daarom was de hele klas uitgenodigd. Als thema was gekozen voor hutten bouwen in de tuin en daarna frietjes eten in de bar op de kelderverdieping van ons toen puissant grote huis. Alles liep gesmeerd tot een van mijn klasgenootjes vroeg waar de wc was.
Uiteraard legde ik hem de route uit naar het dichtstbijzijnde toilet. En dat was in het kantoor van mijn vader. Ik zag het probleem niet aankomen. En de kreet die ik daarna hoorde weet ik me nog te herinneren, en kan die nog horen, als dezelfde dag dat ik negen werd. “Jongens! Er hangen hier allemaal BLOTE WIJVEN!”
Wat volgde was een stormloop van heel groep 5-B die dit wonder moest aanschouwen. En ik en mijn moeder die probeerden dit in de hand te houden. Het duurde even voor dat werkelijk gelukt was.
Maar goed, ik snap de aantrekkingskracht wel die deze plaatjes kunnen hebben op mensen die ze nooit gezien hebben. En ook op mensen die ze wel al gezien hebben. De herinnering aan mijn negende verjaardag is een goede en wijze les. Maar ook vandaag zal ik mei vaarwel zeggen, verrast reageren op de naakte vertegenwoordigster van juni en prevelen: “meiske toch, weet je vader wel wat je uitspookt?”