Ik word al een week lang wakker met een wijsje in mijn hoofd. En ja, dat is een verwijzing naar het bekende nummer van Kinderen voor Kinderen. En nee, het is geen nummer van kinderen voor kinderen dat vast zit in mijn kop wanneer de wekker gaat.
Iedereen is gevoelig voor oorwurmen. En dan heb ik het niet over een werkelijk insect. Een oorwurm is een nummer, een muziekje of een deuntje dat in je kop blijft zitten, ongeacht wat je ertegen doet. De meest bekende in Nederland is wel de attractiemuziek van Carnaval Festival in de Efteling. Het oneindige: “Taaa tata taaa tata tatadaa!” Voor wie het deuntje nu in zijn of haar hoofd heeft zitten; alsjeblieft en dankjewel.
Een ander themapark-deuntje dat het internationaal goed doet is van Disney (hoe kan het ook anders) waar een kinderkoor, wederom niet Kinderen voor Kinderen, in steeds hogere tonen “It’s a small world after all,” blijft zingen. Toen ik in EuroDisney was heb ik deze attractie als eerste gedaan. Ten eerste omdat de wachtrij kort was, ten tweede: dan zit het nummer alvast in je hoofd.
Oorwurmen moet je niet verwarren met nummers die je vaak, of te vaak, gehoord hebt. Pharrell Williams met zijn hit “Happy” kon ik wel schieten jaren terug. En nog steeds een beetje. Maar er zijn meer nummers die ik iets te vaak gehoord heb. Neem Fast Car. Oorspronkelijk van Tracy Chapman. Een geweldig nummer.
Maar het is nu gecoverd door Luke Combs en bestormde een tijdje geleden de hitlijsten. Op een regulier popstation hoorde ik minstens vier keer per dag Luke Combs voorbij komen met zijn snelle wagen. En na een keer of vijftig hoopte ik dat hij die wagen van de brug af zou sturen. Want, laat ik eerlijk wezen, Tracy Chapman was de eerste en maakte het nummer, en dat nummer is goed. Heel goed. Steengoed zelfs! En Luke Combs heeft het regel voor regel, akkoord voor akkoord, gekopiëerd. Hij heeft er niets aan veranderd, heeft er niets aan verbeterd. In mijn ogen gewoon jatwerk. En dan noemen ze downloaden illegaal!
Van eigen bodem is het “Zoutelande” van Blof waar ik de kriebels van krijg, en kreeg. Zo erg zelfs dat ik een hekel heb gekregen aan de plek Zoutelande zelf. Nu kan deze pittoreske Zeeuwse toeristenplaats er weinig aan doen dat zij tot het oneindige toe worden genoemd in een oneindig herhaald nummer. Maar er zijn gebeurtenissen die bepaalde nummers uit het collectief geheugen kunnen wissen zodat het nooit meer gedraaid wordt.
Helaas is Pascal Jacobs, de leadzanger van Blof open over zijn drugsverleden en is er, voor zover ik weet, geen vrouw of meisje naar voren gestapt om hem te beschuldigden van misbruik. Als dat wel gebeurt en de band van de radio zal worden geweerd hoopt een beetje ironie in mij dat het misbruik in Zoutelande heeft plaatsgehad voor een dubbele goal.
Maar daar had ik het dus niet over. Ik had het over oorwurmen die in je hoofd blijven zitten. Die je de hele tijd, in onbepaalde volgorde blijft horen. En in dit geval gaat het over de inzending van Nederland naar het Songfestival. In combinatie met mijn wekker hoor ik nu elke ochtend in mijn kop: “Europapa!”
Laat ik eerlijk wezen, het is mijn nummer niet. Ergens kan ik het happy-hardstyle nog wel waarderen. Maar anderszins klinkt het nergens naar en is het gespeend van elke schoonheid. Het is irritant. Ergerlijk en blijft in je kop hangen. Net als met een eerder nummer van het Songfestival; Sieneke met haar “Sjalalie!” Ook een nummer om 113 op te bellen.
Nu heb ik geen verstand van het songfestival. De laatste keer dat ik een voorspelling deed dat we niet gingen winnen won het nummer “Arcade” met vlag en wimpel. Ik kan dus enkel hopen dat de pijn die ik elke ochtend ervaar betekent dat Joost er met de winst vandoor gaat.
En anders sturen we volgend jaar gewoon het Carnaval Festival. “Taaa tata taaa tata tatadaa! Taaa tata taaa tata taaaa!”