Omdat mijn overtollige kilo's een beetje té overtollig begonnen te worden heb ik in november (of was het oktober?) besloten tot een wekelijkse sportbeoefening. Elke woensdagavond ga ik naar mijn oma om daar te eten en daarna een duik te wagen in de Kikvors, het plaatselijke overdekte zwembad. Woensdagavond is het ongeveer het enige moment in de week dat het voor mij goed uit komt, helaas is het dan vrij zwemmen. Vandaar dat het 5 December erg rustig was, en de eerste woensdag na het nieuwe jaar was een ramp. Het barstte van mensen die er nooit eerder waren geweest en er nu puur kwamen om hun "goede voornemens" gestand te doen. Veelal gezinnen met kinderen waardoor baantjes zwemmen niet mogelijk was aangezien de kinderen zowel de glijbaan als de springplank wilden gebruiken en de ouders langs de kant bleven praten.
Nu heb ik vakantie en kan ik elke maandag én woensdag overdag zwemmen, het is nu heerlijk rustig en terwijl ik in gedachten als Pieter van den Hoogenband door het water glij en in de werkelijkheid de vergelijking met het minder bedeelde neefje van Alfred Jodocus Kwak meer gestalte geef heb ik de tijd om op mijn omgeving te letten.
Hoe oud het zwembad is weet ik niet, maar wel behoorlijk oud. Door de met hout versierde hal waarin het bad zich bevind loopt een waterglijbaan met enkele "bloedstollende" bochten en dat is zonder twijfel de blikvanger van het binnenbad. Ook ik richt er mijn ogen op als ik mijzelf heb omgedraaid en wordt altijd overvallen door een gevoel van nostalgie. Op de gifgroene glijbaan zijn reclameteksten geplakt. Die zo oud zijn dat het telefoonnummer van de bedrijven nog slechts 9 cijfers kent. Altijd vraag ik mij af welk getal er ontbreekt. Verder zijn de reclameteksten voorzien van tenenkrommend oude spelling. Zo heeft Meijler Optiek: "Kontaktlenzen" en verkoopt Swart aan de Dorpsstraat: "Komplete Huisinrichting"
De echte blikvanger is de reclame voor een stoelenmatter. Ook een onderwerp uit het Land van Ooit. Vroeger kocht men stoelen, en als die kapot gingen dan werden ze vakkundig hersteld. Tegenwoordig gaat men naar de Ikea of de Kringloop. Deze stoelenmatter uit Woudrichem, met een telefoonnummer dat negen cijfers, heeft behalve een tekenend plaatje van een stoelenmatter een kort rijmpje wat ik elke keer weer moet lezen en altijd een glimlach op mijn gezicht weet te brengen;
"Stoelen repareren,
Dat is gewoon mijn baan.
Maar als ik ooit eens rijk word,
kijk ik geen stoel meer aan!
Behalve om op te zitten,
Lekker lui op m'n gemak.
Maar zolang ik nog niet rijk ben,
repareer ik, da's m'n vak."
Ik betwijfel of Pieter van den Hoogenband ooit zo'n versje heeft gelezen tijdens het trainen. En ik hoop dat de stoelenmatter zijn rijkdom heeft gevonden.