Ik ben jaloers, morgen breekt mijn eerste dag van een vier weken lange vakantie aan (lang verhaal) maar bemerk dat ik nog altijd geen rust heb. Vier weken; ik wordt nu al overvallen door een gevoel van verveling, terwijl de sneeuw buiten de wereld nog witter maakt dan die al was zit ik binnen en moet iets te doen hebben. Ik weet alleen niets; er zijn te veel dingen die op me neerdrukken zorgen over het nu, het vroeger en de toekomst. De rode map met rekeningen ligt onder mijn kat die zich in zijn slaap af en toe omdraait, een brief van de belastingen ligt ernaast en dan de stilte... Ik kan geen stilte verdragen, er moet iets zijn om me af te leiden. Doch is er af en toe dat gevoel dat muziek je niet gerust kan stellen, de muziek die je normaal gesproken hoort bevredigd je niet.
Gelukkig heb ik daarvoor een oude vriend en mijn weidse smaak van muziek helpt me daarbij. De toespraken van Sir Winston Churchill galmen door de kamer en stellen mij een beetje gerust. De dikke kater draait zich vergenoegd om over de map met rekeningen en helpt die even uit mijn leven. Terwijl Churchill zich uitlaat over bommenwerpers van de Nazi's en de mislukte veldtocht in Frankrijk worden mijn problemen en geachten in een context geplaatst en kom ik langzaam tot rust. Toch blijft het gevoel van jaloezie.
Nadat Churchill de overwinning heeft uitgeroepen besluit ik iets vooruit te gaan in de tijd, de mierzoete en zware stem van Elvis neemt het stokje over. Jaloers kijk ik naar mijn kat die zich nogmaals omdraait en nog altijd in slaap met zijn poten in de lucht klauwt: vier weken vakantie en nog liever was ik geweest zoals die kat en had ik slapend over die rekeningen gerold zonder dat ik mijzelf er iets van hoefde aan te trekken.