Witte straal van hemels licht,
De droom van een normaal bestaan,
De hoop dat ik nimmer zwicht,
En nooit ten onder zal gaan,
De roep en wil te veranderen,
Bestreden en bevochten,
Incasseert verlies na verlies.
De straal verlicht een voorland,
Zo mooi en sterk en puur,
Toch strijd ik in het duister,
En verlies ik uur na uur,
Mijn wil gaat ten onder,
De troepen trekken ten strijde,
Er vloeien levens en bloed.
Het is een doel,
Een doel op zich,
Het verlangen te bereiken,
Dat hemels licht,
Toch volgt na elke pas vooruit,
Een dubbele pas terug,
Ik sta stil.
De straal is een verlangen,
Een hoop op wat niet kan,
Het is een droombeeld aan te hangen,
Een mirage en bestemmingsplan,
Het is een gevecht tegen iets,
Wat ik eigenlijk niet wil zijn,
Een burgeroorlog,
Een oorlog in mijn brein.