Het is vandaag Dankdag. De dag dat er in kerken wordt gedankt voor het arbeid en het gewas dat den Heere de afgelopen zomer in zijn goedheid geschonken heeft. Vandaar dat ik hier nu, op een ander tijdstip te horen ben. Als columnist, wiens normale taak is om de angel in de politiek te vinden, en dieper te duwen, ga ik daar nu aan voorbij.
Want het is Dankdag. En zelfs mensen die niet van een gezindte zijn mogen daaraan mee doen. Even reflecteren op het goede dat wij wel hebben. Want er is veel ellende in het leven. Innovatie en bouwprojecten worden tegengehouden door stikstof en PFAS. En ik las vandaag dat men zich zorgen moet maken om lood in het kraanwater. De ouderenzorg in Altena blijkt soms niet meer te zijn dan oplichting. Er zijn schietpartijen in Veen en wie tegenwoordig niet protesteert of staakt hoort er eigenlijk niet meer bij.
Maar laten we het, op deze dag, van een andere kant bekijken. Want moeten we niet blij zijn dat we ons hier zorgen over maken? Dat wij weten wat stikstof is en wat voor effect het heeft op het milieu? Dat ouderen naar een verpleeghuis kunnen, hoe zeer ze daar ook worden uitgekleed. En dat we ons zorgen maken over lood in het kraanwater?
Er zijn landen waar ze niet weten wat stikstof is of wat het doet. Het grootste bouwproject aldaar is het hutje van het stamhoofd. En lood in het water is daar wel hun laatste zorg; ze maken zich eerder zorgen over het verkrijgen van water.
In sommige, of de meeste landen, worden mensen die staken neergeschoten. Mensen die protesteren opgesloten. Ouderen worden, wanneer ze te oud worden en een te grote last gaan vormen voor de gemeenschap, de rimboe ingestuurd om daar een dood te sterven. Als rebellen of kindsoldaten het niet eerder doen. Hier hebben we een enkel schietpartijtje, maar daar is het aan de orde van de dag.
Laten we daarom dankbaar zijn voor onze zorgen. De zorgen en zekerheid dat voor ons morgen de zon weer gewoon opgaat.