Nederland barst momenteel van de mooie gebaren en solidariteit. Kijk maar eens naar alle acties die zijn georganiseerd. Regenbogen achter de ruiten, profielfoto’s veranderen, klappen voor de zorg! Het land puilt op dit moment uit van de goedbedoelde acties die niks betekenen en nauwelijks verschil maken.
Ik heb niet geklapt voor de zorg. Ten eerste zat ik in de Ardennen. Ten tweede het is vreemd om een klaterend beekje een staande ovatie te geven. Ik heb geen regenboog achter mijn raam. En mijn profielfoto is nog altijd hetzelfde. Al deze goedbedoelde acties staan namelijk in schril contrast met dingen die er wel toe doen. Afstand houden! Bellen naar je naasten. Mensen aanbieden om te helpen met de boodschappen, of andere ongemakken verlichten.
Bovendien verdient de zorg al alle respect zonder dat ik er, als een volgeboekte goedkope vakantievlucht naar de Spaanse Costa, een applaus voor geef. Die mensen zetten zich elke dag al in voor onze zorg. Niet alleen in tijden van crisis. Maar ook voor de ouderen die liggen te sterven. Voor de kankerpatiënten die lijden. Voor iedereen die kans maakt op de Darwin Awards en op de eerste hulp belandt. En pas nu lijkt het of iedereen de zorg ziet staan. Vooral het orgasmische “oeh” en “aah” vanuit de politiek is pijnlijk om te horen.
Al jaren worden de mensen die nu worden gekroond als “helden van de zorg” kapot gemaakt. Al is het niet door bezuinigingen dan zijn het wel belachelijke regeltjes of onnodige managers. Haagse proefballonnetjes die de zorg en het lesgeven onmogelijk maken.
Die helden verdienen juist elke dag de handjes op elkaar! En een goede boterham, niet alleen als het slecht gaat. Net als de agenten en de brandweer. De mensen die we alleen maar zien in tijden van nood. Maar ik weet dat wanneer deze crisis voorbij is dat de mensen die nu het luidst klappen diezelfde handjes laten wapperen tegen de doktersassistente. Of tekeergaan tegen de brandweer, en de aanwijzingen van agenten niet opvolgen. Hogere salarissen en normale werkdruk worden weggewuifd. En dan is er niemand die ernaar luistert en is het applaus dat nu zo luid klinkt vergeten.